In de roerige schadeherstelmarkt kiest ASN (80 vestigingen) duidelijk voor een eigen koers. De (internationale) schadeketen heeft bewust geen filialen overgenomen van het failliete Care. Het eigen, recent ge-update netwerk en de centrale organisatie zijn volledig toekomstproof, stelt commercieel directeur Cees Klaassen. “De markt heeft behoefte aan een financieel gezonde partij.”
Uitdagingen volop in de schadeherstelmarkt: hightech auto’s en hightech onderdelen vergen een toenemend specialistisch herstel en een uiterst efficiënt herstelproces om de kosten te beheersen. En ook al zal het schadevolume afnemen door alle slimme techniek in auto’s, de omvang en complexiteit wordt alleen maar meer. “Private lease en de opkomende deeleconomie – lees: deelauto’s – zijn recepten voor meer schade. Want de particulier mag dan het deukje in de auto laten zitten, voor een leasemaatschappij is dat onwenselijk. Dat verlaagt de inzet en de restwaarde van de auto”, aldus Klaassen.
v.l.n.r. Cees Klaassen (commercieel directeur), Peter Hubregtse (algemeen directeur), Mark Dijkstra (operationeel directeur)
De ongeveer 80 vestigingen van ASN, waarbij er na het beëindigen van de samenwerking met Autoschadehuis recent een zestal vestigingen zijn bijgekomen (Rotterdam, Nieuw-Vennep, Heemskerk, ’s Gravenzande, Amstelveen en Arnhem) hebben als doel de klanten – verzekeraars, leasemaatschappijen en fleetowners – volledig te ontzorgen met betrekking tot schadeherstel. Daarbij gaat het niet alleen om het vakmanschap van de schadeherstellers, maar vooral ook om een uiterst efficiënt herstelproces met korte doorlooptijden en duidelijke afspraken. Het vervult Klaassen nog altijd met trots als hij de mate van efficiency van schadeherstel in Nederland vergelijkt met die van het buitenland. “Verzekeraars in het buitenland kopen vaak zelf vervangend vervoer in omdat de wachttijden bij de schadeherstellers enorm zijn. Dat komt voornamelijk omdat er veel onderdelen worden vervangen, zo’n 60 procent. Dat betekent wachten op levering. Ter vergelijking: in Nederland vervangen we gemiddeld 25 procent. Onderdelen die we bovendien zelf inkopen via een uitgekiend netwerk. Het zorgt voor snelle doorlooptijden en een enorm efficiënt proces.”
Groen herstel
Groen herstel is ook een trend die in toenemende mate voor kostenefficiency zorgt in het herstelproces. Daarbij worden gebruikte, originele onderdelen ingezet, voorzien van een eigen kwaliteitskeurmerk van ASN. Het is zeker niet van inferieure kwaliteit, benadrukt de commercieel directeur. Maar een prima middel om bijvoorbeeld einde-contract auto’s te herstellen in plaats van af te schrijven. “Met enkele leasemaatschappijen hebben we nu afspraken gemaakt dat we in een aantal ASN-vestigingen niet-rijdbare schades gaan herstellen met gebruikte onderdelen. We hebben de afgelopen jaren veel tijd en geld gestoken in een netwerk om aan de juiste onderdelen te komen. Het heeft ons een sterk competitief voordeel opgeleverd ten opzichte van andere ketens. Klanten staan er nu ook voor open; een heel verschil met voorgaande jaren.”
Er is altijd een grijs gebied wat nu precies cosmetische en complexe schade is
Dan ‘die andere’ actuele discussie in schadeherstelland: de scheiding tussen cosmetische en complexe schade. Klaassen wil er niet te veel woorden aan vuil maken; hij wil de klant er niet mee opzadelen. Want die wil gewoon het juiste herstel voor iedere afzonderlijke auto, tegen de beste condities en volgens afspraak. Klaar. Nu wordt het onderscheid tussen cosmetisch en complex bij ASN wel degelijk gemaakt, maar aan de ‘achterkant’. Zonder dat de klant het ziet. Dat aan de voorkant scheiden levert volgens Klaassen te veel discussie op. Er is altijd een grijs gebied wat nu precies cosmetisch en complexe schade is. “Ook merkherstel zal zijn weg vinden. Ik ben ervan overtuigd dat universeel schadeherstel de beste oplossing is. Ook al omdat we aan de achterdeur nauw samenwerken met het merkkanaal.”
Grote hagelstorm
Die zelfverzekerdheid van Klaassen en zijn team legt het bedrijf vooralsnog geen windeieren. In een turbulente markt wist ASN vorig jaar stevig groeicijfers te realiseren. En daar rekent ASN de 
grote hagelstorm van 2016 die de schadeherstellers heel wat werk opleverde, niet in mee. ASN is een (financieel) gezonde partij en dat is misschien wel de grootste troef in de huidige markt. Want verzekeraars en leasemaatschappijen zijn op zoek naar een partij waaraan ze zich langere tijd willen verbinden om gezamenlijk de uitdagingen aan te gaan. En die vooral een uiterst efficiënt herstelproces heeft; bij ASN ligt daar het eigen ontwikkelde PortoView aan de basis. Dossieraanmaak, dossieropbouw, urenregistratie, het maken van calculaties, communiceren met opdrachtgevers en factureren van dossiers; het wordt allemaal dankzij dit systeem tot een minimum beperkt. Ook zijn alle benodigde koppelingen met de back-officesystemen van klanten en met toeleveranciers zoals Audaflow en Dispatch.
Ook mooi om te zien is hoe ASN het begrip vakmanschap op de kaart zet. Want dat schadeherstel anno 2017 een uiterst complex vak is, weten de herstellers zelf maar de buitenwacht doorgaans niet. ASN heeft zijn eigen Academy, traint voortdurend personeel op het gebied van bijvoorbeeld nieuwe lijmtechnieken en elektronica. Het zijn forse trainingen, zonder papiertje komen mensen er niet in. Met plaatselijk ROC’s zijn er overeenkomsten om de toppers uit het vakgebied aan zich te binden. Klaassen: “Het is mooi om te zien hoe alle vestigingen dit beleid hebben omarmd. Met zijn allen kijken we op dezelfde manier naar schadeherstel. Dat maakt ons weerbaar naar de toekomst, waarbij het bij ons niet draait om zoveel mogelijk vestigingen met zoveel mogelijk vierkante meters, maar om bezetting. Waarbij we vooral geloven in een ruime openstelling.”
